Ben je benieuwd waarom je foto’s soms te licht of te donker uitvallen? Misschien heb je weleens meegemaakt, dat de lucht vaak ‘witter’ en lichter overkomt dan het landschap. Hoe je het ook wendt of keert, er was altijd een gedeelte onder of overbelicht. Voor de juiste belichting is het van belang om goed te weten wat voor invloeden er mee kunnen gaan spelen tijdens het maken van de foto. In dit artikel vind je daarom enkele voorbeelden over de verschillende fouten op het gebied van belichting en hoe je ze zelf kunt voorkomen.
Inhoud van dit artikel:
1. Oordelen op basis van het beeldscherm
2. Verkeerde belichtingsmethode
3. Standaard een hogere ISO-waarde in donkere situaties
4. Lichtvervuiling
5. JPG of RAW
6. Belichtingscompensatie per ongeluk aan
7. Geen filters op de lens
Oordelen op basis van het beeldscherm
Een grote fout die vaak gemaakt wordt is het oordelen op basis van het beeldscherm van de camera. Omdat het beeldscherm vaak donkerder is wanneer je buiten bent kunnen foto’s al gauw te donker overkomen. Is dat een reden om de foto te verwijderen? Nee, zeker niet. Het verwijderen van foto’s tussentijds is overigens altijd af te raden. Wat kun je dan wel doen? Om toch een realistisch beeld te krijgen voor de belichting van de foto kun je verschillende dingen doen.
Allereerst de viewfinder of zoeker. Wanneer jouw camera beschikt over een zoeker raden we zeker aan om daar gebruik van te maken. Bij spiegelreflex camera’s krijg je altijd realistisch beeld en krijg je het beeld via de spiegel te zien in de zoeker. Bij systeemcamera’s wordt dit beeld digitaal getoond. De informatie zoals de sluitertijd, het diafragma en de ISO-waarde netjes op rij in de zoeker. Je hoeft dus niet bang te zijn om informatie te missen. Afhankelijk van het cameramodel dat je gebruikt, zul je ook de belichtingsmeter zien. Vaak is deze zoals de afbeelding hieronder, maar in sommige gevallen wordt de belichting getoond in waarden. Bijvoorbeeld +0,5 of -5,0. Let wel, dat je niet verward wordt met de belichtingscompensatie die een soortgelijke vertoning heeft.

Naast het gebruiken van de zoeker is het histogram een betrouwbare bron om de belichting te meten van jouw foto. In het histogram worden de lichte en donkere delen van de foto in kaart gebracht. Daarnaast worden ook de kleurtonen indien ingesteld hierin getoond. Wil je graag meer leren over het histogram? Bekijk dan ons artikel: Wat is het histogram en hoe gebruik je het?

Verkeerde belichtingsmethode
De belichtingsmeter van de camera kan op verschillende manieren een ijkpunt voor het gemiddelde bepalen. Dit helpt jou om tot de juiste belichting te komen in welke situatie dan ook. Als jouw belichting te vaak afwijkt dan kan het zijn dat je de belichtingsmethode niet juist hebt ingesteld voor jouw onderwerp. In de onderstaande afbeelding is goed te zien waarop de camera het gemiddelde kan baseren. In situaties waarbij er dus een groot contrast is tussen het onderwerp en de omgeving kan een gedeeltelijke of spotmeting beter uitkomen.
standaard Een hoge ISO-waarde gebruiken in donkere situaties
In de theorie lijkt het zo dat je in situaties waarin weinig licht is hogere iso-waardes gebruikt. Dan krijg je bij veel (zon)licht automatisch de situatie waarbij je een lagere ISO-waarde gebruikt. Puur met de gedachte dat de sensor dan minder gevoelig moet zijn voor licht. Dus dan zou de sensor toch een hogere ISO-waarde moeten hebben wanneer het donker is?
Het is goed om te bedenken dat je de meeste kwaliteit uit de foto behaalt wanneer je de laagste ISO-waardes gebruikt. Hoe hoger de ISO-waarden worden, des te groter de kans op ruis wordt. Ruis is wanneer de individuele pixel is overbelast aan licht en daardoor informatie lekt in de omliggende pixels. Daardoor oogt de foto niet alleen minder scherp, maar komen kleuren en contrasten minder mooi uit.
Voorkom dat jouw camera hogere ISO-waardes gebruikt door handmatig de ISO-waarde te bepalen. Daarnaast kun je voor deze automatische optie de camera ook begrenzen.

Lichtvervuiling
Nog iets dat invloed kan hebben op de belichting is lichtvervuiling. Tijdens het fotograferen in de avond zul je al gauw merken hoe lichtvervuiling eruit ziet. De lichtvervuiling die nog enkele kilometers reist van steden, zowel als dorpen, zorgen voor een opvallende vlek in je beeld. In onderstaande foto is goed te zien hoe de lichtvervuiling van de stad in de wolken terug te zien is. Je kunt je vast al voorstellen dat voor fotografen die op zoek zijn naar een plek om de sterrenhemel te kunnen fotograferen de stad niet geschikt is. Hoewel dit gegeven vaak onvermijdelijk is, is er wel een mogelijkheid de donkerste hoekjes van het land te zoeken. Via deze website kun je de lichtvervuiling op basis van locatie meten. Naast websites die vertellen waar er de minste kans is op lichtvervuiling zijn er ook apps die de kans op het Noorderlicht in jouw regio meten. Deze Aurora Forecast kun je vinden in de AppStore en PlayStore.

JPG of RAW
In welk bestandsformaat je fotografeert, maakt veel uit voor het eindresultaat. Zeker in omstandigheden waarbij weinig licht aanwezig is. De sensor van de camera verzamelt het licht en zet deze informatie om tot de foto. Het bestandsformaat bepaalt vervolgens welke en hoe de informatie wordt opgeslagen. Omdat er veel kleuren bestaan is het belangrijk om zoveel mogelijk van deze kleuren en details terug te krijgen in de foto. Het totale bereik van de donkere en lichte kleuren vormen samen het dynamische bereik van de camera.
Om het meeste uit het dynamische bereik van de camera te halen is het van belang om in RAW te fotograferen. Dit bestandsformaat is vaak driemaal zo groot als een JPG. En dat is met een reden. Zo slaat de camera meer informatie over ieder afzonderlijke pixel op in jouw voordeel. Na het maken van de foto moet het RAW-bestand nog door de digitale doka om ontwikkeld te worden. Tijdens het bewerken zul je merken dat je meer details in de donkere delen behoudt en dat er daardoor meer vrijheid is op het gebied van nabewerking. Ontdek hier meer informatie over de verschillen tussen JPG en RAW.
Belichtingscompensatie per ongeluk aan
Een andere fout die ook vaak voorkomt, is dat de belichtingscompensatie per ongeluk nog aanstaat. Met de belichtingscompensatie kun je bewust onder- of overbelichten. De belichtingscompensatie werkt in de sluitertijd- en diafragmavoorkeuze. Wat meestal ook vergeten wordt is dat de belichtingscompensatie in de manuele stand ook werkt wanneer je de ISO-waarde op automatisch hebt staan. Bij sommige camera’s zit de belichtingscompensatie op een onhandige plek waardoor je snel per ongeluk iets instelt wat je later vergeet.
Mocht je dus altijd met te donkere of te lichte foto’s zitten terwijl je wel netjes de belichtingsmeter navolgt, zou het hieraan kunnen liggen.

Geen filters op de lens
Wanneer je vaak last hebt van onrustige foto’s, reflecties of vreemde kleuren kan dit vaak verholpen worden door filters te gebruiken. Enkele voorbeelden hiervan zijn het UV-, polarisatie en ND filter.
Het UV filter filtert de ultraviolette straling weg. De functie van dit filter kwam immers te vervallen bij de komst van de digitale camera’s. Het zou overigens wel kunnen dat de camera meer last heeft van UV-licht wanneer je op grote hoogten, zoals in de bergen, fotografeert.
Waar het filter ook handig voor is? Bescherming. Het frontelement van je lens is zeer kwetsbaar en kan snel beschadigen. Je kunt de paarse/groene gloed al snel met het blote oog zien. De reparatiekosten van een lens liggen daarentegen veel hoger dan de aanschaf van een UV filter.



Vervolgens het polarisatiefilter. Sommige zonnebrillen op de markt zijn ook gepolariseerd en verminderen schittering en verhogen het contrast op zonnige dagen. De filters voor de camera hebben hetzelfde effect. Met deze schitteringen heb je vaker te maken dan je zou denken. Neem nou bijvoorbeeld de schittering van het water, witte onderwerpen of kunstwerken achter glas. Deze kun je dan gemakkelijk wegfilteren.
Ten slotte het ND filter, oftewel het grijsfilter. Er bestaan diverse soorten grijsfilters. Wat het filter voornamelijk doet, is het tegenhouden van licht. Dat maakt het mogelijk om met langere sluitertijden te werken. Ook overdag. De lengte van de maximale sluitertijd is afhankelijk van het aantal stops (het aantal keer waarin je de sluitertijd kan verlengen).

Samen leer je meer!
Heb jij nog een fout die ontbreekt aan deze lijst? Help anderen door jouw blunder te delen met andere fotografen. Voorkomen is immers beter dan genezen.
Kijk in de kalender voor alle activiteiten in de komende maanden. Wil je op de hoogte blijven van nieuwe data? Vul dan het interesseformulier in.