Hoe werkt deze pagina?
De Nikon systeemcamera’s zijn sinds 2018 op de markt onder de naam Zx. De diverse Nikon systeemcamera’s zien er mogelijk anders uit op het eerste oog, maar verschillen qua gebruik maar op een paar kleine punten. Doorgaans worden namelijk dezelfde icoontjes en fotografie termen gebruikt.
Op deze pagina krijg je meer informatie over jouw Nikon systeemcamera, zodat je goed voorbereid deel kunt nemen aan de cursus. Het is mogelijk dat het quick menu (snelmenu) misschien niet helemaal gelijk is aan jouw camera.
Voorbereiding op de basiscursus
Lees deze pagina voor de basiscursus fotografie even een keer goed door met je camera erbij. Probeer de knopjes ook even uit en navigeer door het snelmenu heen. Dit zorgt ervoor dat je al enige kennis hebt en dat het zoeken naar de juiste knoppen niet teveel vertraging oplevert tijdens de cursus zelf. We raden je aan deze pagina ook uit te printen en mee te nemen naar de cursus! De echte uitleg over de functies achter de knoppen krijg je tijdens de basiscursus. Deze pagina is bedoeld om je een beetje wegwijs te maken in de bediening.
Kom je er niet uit? Geen nood…. stuur ons alvast een e-mail of wacht even tot de basiscursus, want onze docent(e) gaat je dan hierbij helpen.
Zoals je gaat merken zijn bijna alle functies vanuit het quick-menu te bereiken. Afhankelijk van de camera zitten er ook nog extra knopjes op de camera om nog sneller de instelling te wijzigen.




Programmawiel
Hiermee kun je de gewenste fotografie modus selecteren. Om maximale controle te hebben op het eindresultaat van een foto is het aan te raden dat je minimaal kunt fotograferen vanuit de diafragmavoorkeuze (A) en sluitertijdvoorkeuze (S). Ook is het soms handig om te fotograferen vanuit de manuele stand (M). De automatische stand (groene vierkantje) en de programma modus (P) zijn niet ideaal om te gebruiken. Je camera kan namelijk veel beter! Vanuit de automatische stand gaat de camera veel beslissingen voor je maken en deze zijn vaak niet optimaal of zelfs heel slecht.
Instelwieltje
Als je vanuit de sluitertijdvoorkeuze (S stand) of diafragmavoorkeuze (A stand) stand fotografeert, kun je hiermee de sluitertijd of het diafragma instellen. Indien je vanuit de manuele stand (M stand) fotografeert, heb je dit instelwieltje nodig om de ISO-waarde, sluitertijd en het diafragma aan te passen. Tijdens de cursus leer je meer over het gebruik van het instelwiel en hoe je de instellingen kunt vinden.
Ontspanknop
Hiermee maak je de foto. Druk deze knop eerst half in voor de automatische scherpstelling. Als je een autofocuspunt in de zoeker ziet oplichten (of je hoort een piepje) dan heeft de camera scherpgesteld en kun je de knop helemaal doordrukken.
Autofocus aan/uit (AF/MF)
Met dit schuifknopje is het mogelijk om het objectief in te stellen op de autofocus of om deze juist uit te schakelen, zodat je manueel kunt scherpstellen met behulp van de scherpstelring.
VR: Vibration Reduction (beeldstabilisatie)
Veel objectieven van Nikon hebben Vibration Reduction (VR) ingebouwd in het objectief. Indien je vanuit de hand fotografeert is het aan te raden om deze aan te zetten. Zet de beeldstablisatie uit als je vanaf statief fotografeert.
Display
Wissel tussen de live-view of zoekerweergave
+/- (belichtingscompensatie)
In manuele stand van de camera (M stand) moet je deze knop ingedrukt houden en aan het instelwieltje bovenop draaien om het diafragma aan te passen. Vanuit de sluitertijdvoorkeuze (S) en diafragmavoorkeuze (S) is dit de belichtingscompensatie en heb je de mogelijkheid om een foto lichter of donkerder te maken dan wat de camera eigenlijk zelf zou doen. Zo heb je dus optimale controle over de belichting van de foto.
i knop / snelmenu
Met deze knop ga je naar het snelmenu (zie afbeelding rechts hierboven) en kun je via het LCD scherm snel instellingen aanpassen. Met de navigatietoetsen kun je eenvoudig naar de juiste instelling gaan. Tijdens onze basiscursus krijg je uitleg over veel instellingen die binnen het snelmenu te vinden zijn.
Navigatietoetsen
Hiermee kun je door het menu van de camera navigeren. Je kunt het eigenlijk zien als ‘pijltjes toetsen’ waardoor je dus naar boven, beneden, links en rechts kunt navigeren. Ook bieden deze knoppen de mogelijkheid om snel in andere instellingen te komen, maar dat verschilt per Nikon camera.
Programma modus
Hier zie je in welke stand het programma wiel staat. Tijdens de cursus gaan we het met name hebben over de diafragmavoorkeuze (A), sluitertijdvoorkeuze (S) en de manuele (M) stand.
Belichtingsmethode
Als je vanuit A of S fotografeert moet de waarde in principe op 0.0 staan (zoals op de afbeelding). Dit betekent dat je geen belichtingscompensatie hebt toegepast. Bij het fotograferen vanuit M geeft de belichtingsmeter aan of de combinatie diafragma, sluitertijd en ISO-waarde een goed belichte foto oplevert. Het doel is om het op 0.0 te krijgen, tenzij je de foto bewust iets lichter of donkerder wilt maken.
Autofocusmethode
Hier kan je kiezen uit AF-S (enkelvoudige autofocus), AF-C (continue autofocus) en AF-A (de camera kiest of er enkelvoudige of continue autofocus wordt toegepast).
Autofocus lock
Met deze knop kun je de focus op vastzetten, zodat je de ontspanknop kunt loslaten. Erg handig wanneer je de camera wilt verplaatsen, maar de focusafstand wilt bewaren.
Witbalans
Je kan de kleuren van een foto beïnvloeden door de kleuren aan te passen. Met de witbalans kan je de foto iets koeler of juist iets warmer maken.
AF-veldstand
Je maakt hier de keuze met hoeveel autofocuspunten je gaat werken.
Drive-stand
Onder de snelmenu optie kan je kiezen of de camera 1 foto moet maken, meerdere foto’s achter elkaar of een foto wilt maken met behulp van de zelfontspanner (de camera maakt de foto pas na 10 seconden). Hier vind je bij Nikon camera’s ook de optie om aan te geven dat je een draadloze infrarood afstandsbediening gaat gebruiken.
ISO-waarde
Als er weinig licht is moet de ISO-waarde omhoog. Je kan dat via deze optie instellen.
Resolutie & kwaliteit
Hier vind je het aantal megapixels waarmee je fotografeert en of je foto’s wilt maken in JPG of RAW.