Wie maakt toch die mooie foto’s van fotografen of influencers op vakantie? Het lijkt vanzelfsprekend dat er iemand achter de camera staat, maar vaak zijn zij dat zelf. Door zelf de foto te maken, weet je zeker dat het beeld voldoet aan je eigen wensen en kwaliteitseisen. Een zelfportret is echter niet alleen interessant tijdens een reis. Ook thuis biedt deze vorm van fotografie volop mogelijkheden. Het is een uitstekende manier om je vaardigheden te verbeteren, want je oefent met techniek, compositie en creativiteit. Daarbij leer je kritisch kijken naar licht, scherpte en houding. En het grote voordeel: je hebt altijd een model bij de hand.
Inhoud van dit artikel:
1. De kracht van het zelfportret
2. Hulpmiddelen voor het maken van je zelfportret
3. Instellingen voor je camera
4. Een verhaal vertellen met je zelfportret
5. Slot
De kracht van het zelfportret
Een goed zelfportret is meer dan een afbeelding van je gezicht. Het is een vorm van zelfonderzoek. Hoe wil je overkomen? Wat wil je uitstralen? Omdat je zelf alle keuzes maakt, ontstaat er een beeld dat vaak veelzeggender is dan een regulier portret.
Zelfportretten geven daarnaast veel oefenruimte. Door regelmatig te werken met jezelf als model, leer je omgaan met licht, scherpstellen, kadreren en poseren. Allemaal vaardigheden die je ook in andere fotografievormen goed kunt toepassen.
Hulpmiddelen voor het maken van je zelfportret
Voor een goed resultaat is het belangrijk om je camera stabiel te kunnen neerzetten. Of je nu gebruik maakt van je telefoon of je camera voor het maken van zelfportretten, een statief is het belangrijkste accessoire voor een mooi resultaat. Statieven komen er in alle soorten en maten. Welke het beste bij jou past, licht aan je apparatuur en in welke situaties je hem vooral gaat gebruiken. Heb je nog geen statief dan kan je deze op onze webshop snel en gemakkelijk aanschaffen! Wie nog geen statief heeft kan ook een stapel boeken, stevige plank of een doos gebruiken.
Om de camera te bedienen zonder telkens heen en weer te lopen, is een afstandsbediening handig. Draadloze afstandsbedieningen zijn hierbij het meest praktisch. Zo hoef je achteraf ook geen snoeren weg te werken in de nabewerking.
In plaats van een afstandsbediening kun je ook je telefoon gebruiken. Veel moderne camera’s bieden de mogelijkheid om via een app verbinding te maken. Welke app je gebruikt, is afhankelijk van het cameramerk. Denk aan Camera Connect voor Canon, SnapBridge van Nikon, de Creator’s App van Sony of LUMIX Sync van Panasonic. Een groot voordeel is dat je via je telefoon direct kunt zien wat de camera ziet, en vaak ook instellingen kunt aanpassen.
Instellingen voor je camera
Een universele instelling bestaat niet, want licht, onderwerp en creatieve keuzes verschillen per situatie. Toch zijn er richtlijnen die helpen om een goed resultaat te bereiken. Zet de camera bij voorkeur in de handmatige modus. Zo heb je volledige controle over sluitertijd, diafragma en ISO. Zorg dat de sluitertijd snel genoeg is om beweging te bevriezen. Een minimale sluitertijd van 1/125 seconde is aan te raden, sneller is vaak beter.
Kies vervolgens een diafragma dat past bij je doel. Voor een portret met zachte, wazige achtergrond gebruik je een groot diafragma, bijvoorbeeld f/2.8 of f/4. Wil je meer van de omgeving laten zien en het verhaal verbreden, dan is een kleiner diafragma zoals f/8 of f/11 een betere keuze.
Stel de ISO zo laag mogelijk in om ruis te beperken. Als er weinig licht is, kun je deze uiteraard verhogen. De meeste camera’s kunnen tegenwoordig goed omgaan met hogere ISO-waarden zonder al te veel kwaliteitsverlies.


Een verhaal vertellen met je zelfportret
Een zelfportret hoeft niet puur een registratie te zijn. Door bewust om te gaan met compositie, locatie en expressie kun je een beeld maken dat een gevoel of verhaal overbrengt.
De manier waarop je in beeld staat, heeft direct invloed op de sfeer. Sta je centraal of juist aan de zijkant? Is er veel ruimte boven je hoofd of juist niet? Door te spelen met positie, kadrering en uitsnede, krijgt de foto richting. Een centrale plaatsing straalt kracht en zekerheid uit. Terwijl een asymmetrische compositie meer rust of afstand kan suggereren. Kijk ook naar de verhouding tussen jou en de rest van het beeld. Een close-up benadrukt emotie en detail. Een weidse opname in een lege omgeving kan juist een gevoel van eenzaamheid, rust of ruimte oproepen.
De locatie is minstens zo belangrijk. Een zelfportret buiten in de natuur vertelt iets anders dan een portret in een studio of woonkamer. Elke plek heeft zijn eigen sfeer, zorg dat de omgeving je verhaal ondersteunt, niet afleidt. Rommelige elementen of storende lijnen kunnen de aandacht weghalen van het model. Wie bewust omgaat met de omgeving, kan juist heel subtiel extra lagen toevoegen aan het portret.



Een goed gekozen object in beeld kan het verhaal versterken. Denk aan een boek, een camera, een muziekinstrument of een kop koffie. Props hoeven niet groot of opvallend te zijn. Zelfs een simpele stoel, bril of jas kan context geven. Kies altijd iets dat past bij de sfeer die je wilt laten zien. Ook kledingkeuze speelt hierin een rol. Een zakelijke outfit geeft een andere indruk dan een losse trui of blouse. Stem kleuren en materialen af op de achtergrond en het licht, zodat het geheel in balans is.
Ook de expressie is bepalend. Een glimlach maakt het beeld open en vriendelijk. Een neutrale blik oogt rustiger en laat ruimte voor interpretatie. Sluit je ogen eens, kijk omlaag, of richt je blik weg van de camera. Juist door niet direct de kijker aan te kijken, kan het portret intiemer of juist afstandelijker aanvoelen. Een portret met emotie blijft langer hangen. Probeer niet te acteren, maar voel wat je wilt laten zien. Vaak zegt een kleine verandering in de mond of wenkbrauwen al genoeg.
Slot
Een zelfportret maken is veel meer dan jezelf vastleggen. Het is een fotografische oefening waarin techniek en creativiteit samenkomen. Door bewust keuzes te maken in belichting, compositie, locatie en expressie ontstaat een beeld dat iets vertelt. Niet alleen over hoe je eruitziet, maar ook over wie je bent, wat je voelt of wat je wilt uitstralen.
Wie regelmatig zelfportretten maakt, ontwikkelt zijn fotografische vaardigheden op meerdere vlakken. Je leert omgaan met instellingen, lichtomstandigheden en apparatuur. Maar je ontwikkelt ook je oog voor detail, je gevoel voor beeldopbouw en je vermogen om een sfeer over te brengen.
Het fijne aan deze vorm van fotografie is dat je er direct mee aan de slag kunt. De benodigdheden zijn beperkt, het model is altijd beschikbaar en je bepaalt zelf het tempo. Of je nu een sterk portret wilt maken voor je profiel, een creatief project wilt starten of gewoon wilt oefenen met licht en camera-instellingen: het zelfportret biedt alle ruimte om te experimenteren.
Laat je dus niet afschrikken door de technische kant of het idee dat je “op de foto moet”. Zie het als een kans om te groeien als fotograaf. En wie weet: misschien levert het niet alleen mooie foto’s op, maar ook nieuwe inzichten over jezelf.